Ik heb je gezien toen je een miskraam kreeg.
Ik heb je gezien toen je een miskraam kreeg. Ik heb je gezien toen je gespannen mijn spreekkamer binnenliep, omdat je bloedverlies had. Ik heb je gezien toen je vermoeden bevestigd werd. Ik heb je gezien toen ik je het nieuws moest brengen en je deze tegenslag totaal niet zag aankomen. Ik heb je gezien toen je zei dat het nooit goed gevoeld heeft. Ik heb je gezien toen ik je geen duidelijk antwoord kon geven en je met angst en onzekerheid naar huis moest sturen. Ik heb je gezien toen ik je na een week alsnog het slechte nieuws moest brengen. Ik heb je gezien toen we de verschillende opties bespraken. Ik heb je gezien toen je besloot je lichaam de kans te geven om het zelf af te stoten. Ik heb je gezien toen je vastberaden zei dat je er zo snel mogelijk vanaf wou. Ik heb je gezien toen je zei dat je je heel erg mislukt voelde. Ik heb je gezien toen je met krampen en buikpijn op de toilet zat. Ik heb je gezien toen je bange ogen mij aankeken en zich afvroegen wat je nog te wachten stond. Ik heb je gezien toen je schouderophalend zei dat het de volgende keer vast beter zou gaan. Ik heb je gezien toen je miskraam je leek op te luchten. Ik heb je gezien toen je miskraam je bijna in shock bracht door het vele bloedverlies. Ik heb je gezien toen we je op de spoedeisende hulp opvingen en snel moesten handelen. Ik heb je gezien toen je je na je miskraam extreem leeg voelde. IK HEB JE GEZIEN…